Minder dan 3 procent van Belgische stamceldonoren heeft Turkse, Noord- of Centraal-Afrikaanse roots

Voor patiënten met ernstige ziektes zoals leukemie en lymfeklierkanker is een behandeling met stamcellen vaak de levensreddende laatste kans om te genezen. Maar er is een probleem: één op drie patiënten met Turkse, Noord- of Centraal-Afrikaanse roots vindt geen geschikte donor om stamcellen van te krijgen. Terwijl dit bij patiënten met West-Europese roots maar één op de tien is. De oorzaak is niet ver te zoeken: minder dan 3 procent van de geregistreerde Belgische donoren heeft Turkse, Noord- of Centraal-Afrikaanse roots. Er is dus dringend nood aan meer etnische variatie in de stamceldatabank, want genetische afkomst speelt een grote rol in de zoektocht naar een geschikte donor. Daarom doet het Belgische Beenmergregister samen met Rode Kruis-Vlaanderen een oproep naar aanleiding van de Wereld Stamceldonordag (17 september): registreer je massaal, zéker als je tot één van de drie etnische doelgroepen behoort. 

”Levensnoodzakelijk dat we meer etnische variatie krijgen in stamceldatabank, want één op drie patiënten van deze doelgroepen kan niet geholpen worden”

Stamcellen zijn een soort oercellen die zich nog kunnen ontwikkelen tot een lichaamscel met een specifieke functie. Bij een stamcelbehandeling worden ze bij een patiënt toegediend om de defecte cellen in het lichaam te vervangen. Zo kan een patiënt met leukemie bijvoorbeeld genezen door nieuwe, gezonde bloedcellen aan te maken met de stamcellen die hij of zij toegediend krijgt. Maar: daarvoor heb je uiteraard eerst een geschikte donor nodig die deze stamcellen geeft. En daar knelt het schoentje, want één op drie patiënten met Turkse, Noord- of Centraal-Afrikaanse roots vindt geen geschikte donor om stamcellen van te krijgen. Ter vergelijking: voor patiënten met West-Europese roots is dit maar één op de tien. 

De donor moet namelijk, simpel gesteld, iemand zijn waarvan de stamcellen bij de patiënt passen, zodat zijn of haar lichaam deze niet afstoot. Dat hangt van een aantal factoren af, waarbij vooral het zogeheten ‘weefseltype’ overeen moet komen. En dat weefseltype is genetisch bepaald. De etnische roots van de patiënt en de donor spelen dus een zeer grote rol.

“Met andere woorden: je kan alleen maar stamcellen krijgen van iemand met een gelijkaardige genetische afkomst. En omdat minder dan 3 procent van de donoren die in het Belgische stamcelregister staat Turkse, Noord- of Centraal-Afrikaanse roots heeft, zitten we dus met een probleem. Want voor patiënten van deze etnische doelgroepen is het momenteel zoeken naar een naald in een hooiberg. Daarom is het levensnoodzakelijk dat we dringend meer etnische variatie krijgen in het stamcelregister.” - Prof. Emr. Dr. Pierre Zachée, voorzitter van het Belgische Beenmerg Programma

Het Belgische Beenmergregister lanceert nu, naar aanleiding van Wereld Stamceldonordag (17 september), een campagne: enerzijds om awareness te creëren rond het belang van etnische roots bij stamceldonoren en anderzijds om zoveel mogelijk Belgen te overtuigen zich te registeren als donor. Ook Rode Kruis-Vlaanderen, Croix-Rouge de Belgique, UZ Brussel, AZ Sint-Jan en het donorcentrum van Mont-Godinne ondersteunen de campagne. 

Specifiek zoekt het Belgische Beenmergregister donoren tussen de 18 en 40 jaar oud, waarbij uiteraard vooral personen met Turkse, Noord- of Centraal-Afrikaanse roots extra nodig zijn. Registreren kan via stamceldonor.be.