Belgische Rode Kruis

Ontstaan

Download als pdf

Op initiatief van Dr. André Uytterhoeven, wordt in België een positief gevolg gegeven aan de oproep die door de Zwitserse Commissie verspreid werd na haar eerste vergadering van oktober 1863.

Reeds op 04 februari 1864 vindt in Brussel de stichtingsbijeenkomst plaats van een nationale Rode Kruis-beweging. Initiatiefnemer Dr. André Uytterhoeven wordt meteen tot de eerste “nationale voorzitter van Het Belgische Rode Kruis” aangeduid.

Hierdoor is België vertegenwoordigd op de Internationale diplomatieke conferentie van 22 augustus 1864 alwaar 12 landen het “Eerste Verdrag van Genève” ondertekenen, een verdrag rond de verbetering van het lot der gewonden en zieken bij de strijdkrachten ten velde.

De definitieve oprichting van Het Belgische Rode Kruis gebeurt in april 1865. Hierdoor is Het Belgische Rode Kruis de oudste nog bestaande nationale Rode Kruisvereniging.

De beide wereldoorlogen zijn voor het Belgische Rode Kruis erg moeilijke tijden. Gedurende de Eerste Wereldoorlog vergt het verzorgen van de gewonden heel wat inspanningen.

In vaak erg moeilijke omstandigheden worden de gekwetsten in de nabijheid van het front opgevangen, naar veiligere oorden overgebracht om vervolgens zo goed en zo kwaad mogelijk verder te helpen.

Na de Eerste Wereldoorlog groeit het besef dat er in vredestijd, ten gevolge van rampen, ook nood is aan helpende handen. De structuur van het Belgische Rode Kruis aangepast aan het werk in vredestijd. In 1922 wordt in Brussel (Elsene) het hoofdbestuur opgericht en ontstaan diensten zoals Jeugd Rode Kruis, ambulancediensten, bloedtransfusiediensten en ziekenhuisbibliotheken.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog worden de vrijwilligers vooral ingeschakeld bij het klaarmaken van hulppakketten bestemd voor de krijgsgevangenen, het bezorgen van levensmiddelen aan politieke gevangenen het vervoer van de gekwetste burgers en transport van het bloedtransfusie materiaal.

Uiteraard wordt ook aan de plaatselijke bevolking gedacht, de Rode Kruisvrijwilligers helpen mee aan de verdeling van kledij en voedselpakketten en zorgen soms ook voor gaarkeukens.

Na de Tweede Wereldoorlog heeft het Belgische Rode Kruis zich vooral verder ontplooid in het verlenen van hulp bij omvangrijke ongevallen en rampsituaties. Hiervoor wordt gewerkt aan een betere samenwerking met de andere hulpdiensten als brandweer, dienst 100 (nu dienst 112), civiele bescherming en politie.

Dit verbeterde de globale hulpverlening bij grote ongelukken zoals de mijnramp in Marcinelle (1956), de brand van het Brusselse warenhuis Innovation (1967), het Heizeldrama (1985), de scheepsramp met de Herald of Free Enterprise in Zeebrugge (1987), de Switel brand in Antwerpen (1994), de kettingbotsing op de E17 (1996), de crash tijdens de Airshow in Oostende (1997), de gasontploffing in Gellingen (2004), de brand in het rusthuis te Melle (2009), de gasontploffing in Luik en de treinramp in Buizingen (2010),
het busongeval
in Middelkerke (2015).

  

 

Als ook bij de bomaanslagen van 22 maart 2016 in Maalbeek (Brussel) en op de luchthaven van Zaventem waar vrijwilligers van Rode Kruis-Brussel en Rode Kruis-Vlaanderen de handen in elkaar sloegen om de slachtoffers te helpen en gestrande reizigers op te vangen.

Ook op de “minder spectaculaire” domeinen is het Belgische Rode Kruis verder gegroeid. We denken aan het ruime aanbod aan Eerste Hulpopleidingen, de sociale hulpverlening en -begeleiding, de gratis ontlening van boeken in de rust- en ziekenhuizen door de dienst ziekenhuisbibliotheek, het tijdelijk ter beschikking stellen van o.a. rolstoelen en krukken via de uitleendiensten, het inzamelen van bloed en plasma (het Rode Kruis staat in voor 95% van de bloedvoorziening in België), de preventieve aanwezigheid bij allerlei sport- en andere massamanifestaties en de jeugdwerking, stuk voor stuk activiteiten die intussen uitgegroeid zijn tot de permanente dienstverleningen van de plaatselijke Rode Kruisafdelingen.

   
Jeugd Rode Kruis

   
Preventieve hulpacties

  
Ziekenhuisbibliotheek

Opdeling in een Vlaamse en Franstalige vleugel

Tot 1942 is het Belgische Rode Kruis zowat een uitsluitend Franstalige aangelegenheid. Maar met de benoeming van een Nederlandstalige adjunct-directeurgeneraal komt er stilaan verandering. Zo worden in 1961 de statuten in overeenstemming gebracht met de bestaande Belgische taalwetgevingen.

De verdere evolutie in de “verzelfstandiging” mondt uit in nieuwe statuten en de installatie van een Vlaamse Gemeenschapsraad op 25 november 1972. Sindsdien heeft het Belgische Rode Kruis 2 zelfstandige vleugels met een eigen Franstalige en Vlaamse (met beperkte bicommunotaire)
Rode Kruiswerking.

In 1993 wordt de zelfstandigheid nog duidelijker gecommuniceerd door de naamwijziging van de Vlaamse vleugel in Rode Kruis-Vlaanderen.

Het Belgische Rode Kruis heeft een federale structuur.
Dit betekent dat de dienstverlening en de activiteiten van beide gemeenschappen autonoom zijn. Rode Kruis-Vlaanderen en la Communauté Francophone bepalen dus hun eigen beleid en hun eigen koers, gericht op de dringendste noden in hun gemeenschap.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kent dan weer een bijzondere regeling. Een aantal activiteiten zijn er gemeenschappelijk, en dus tweetalig, zoals hulpverlening bij rampen. De Eerste Hulpopleidingen worden dan vb. weer door elke gemeenschap afzonderlijk ingericht.

De organisatie van de Duitstalige Gemeenschap wordt, om voor de hand liggende praktische redenen, dan weer geïntegreerd binnen de werking van de Franstalige Gemeenschap.

Steun van het Koningshuis

Van bij de oprichting geniet het Belgische Rodekruis de bewondering en de steun van het Belgische koningshuis, die de nobele gedachten en doelstellingen van de oprichters van de Rode Kruisbeweging erg genegen zijn.

Zo is H.M. Koningin Elisabeth gedurende de Eerste Wereldoorlog een opmerkelijk voorbeeld van hulpvaardigheid en toewijding. Onder impuls van H.M. Koningin Elisabeth en Dr. Antoine Depage wordt in De Panne het militaire ziekenhuis "l'Océan" opgericht, waar ze zich tijdens WO I onbaatzuchtig zal inzetten bij de verzorging van de gekwetsten.

Van 1958 tot zijn kroning tot koning in 1993 is Z.K.H. Prins Albert gedurende 35 jaar nationaal voorzitter van het Belgische Rode Kruis. Zijn dochter Prinses Astrid neemt op 01 januari 1994 het voorzitterschap van haar vader over en blijft dit gedurende 13 jaar uitoefenen.

Door de moeilijke besprekingen tussen Rode Kruis Vlaanderen en la Communauté Francophone over de nieuwe structuur van Het Belgische Rode Kruis besluit zij echter om dit mandaat, dat afliep op 31 december 2007 niet meer te verlengen.

Vorige

Volgende